Jeanne Heil promoveert op onderzoek naar opsporen van verborgen infectieziekten

Met welke methodes kunnen mensen met een infectieziekte die nu buiten beeld blijven, wel worden opgespoord? Dat is de kernvraag in het proefschrift van Jeanne Heil, getiteld ‘Optimizing Infectious disease control: How to detect hidden infections? Illustrated by studies on pertussis and hepatitis’.

“Mijn belangrijkste conclusie is dat er niet één gouden methode is. Wel zijn er meerdere goede methodes die je bovendien gecombineerd kunt inzetten”,

vertelt de promovendus.

Jeanne Heil werkt als onderzoeker op de afdeling Seksuele gezondheid, Infectieziekten en Milieu van de GGD Zuid Limburg en is promovendus bij Caphri (Universiteit Maastricht). Op 25 oktober hoopt zij te promoveren op haar onderzoek. Haar promotie begeleidingsteam bestaat uit prof.dr. Christian Hoebe, prof.dr. Jochen Cals en dr. Nicole Dukers-Muijrers.

Het promotietraject richt zich op de vraag hoe de bestrijding van infectieziekten geoptimaliseerd kan worden. Het is een gegeven dat veel mensen een infectieziekte hebben zonder dat ze dit zelf weten en zonder dat de GGD of andere zorgverleners (zoals de huisarts) dit in beeld hebben. Gerichte zorg is dan niet mogelijk.

“Mensen zonder symptomen weten lang niet altijd dat ze een infectieziekte hebben terwijl de ziekte mogelijk wel gevolgen heeft voor de patiënt zelf of diens omgeving. Wat de GGD in beeld krijgt aan infectieziekten op basis van meldingen door laboratoria, is slechts het topje van de ijsberg.”

In haar proefschrift brengt Jeanne Heil in kaart welke methodes er zijn om (verborgen) infectieziekten beter op te kunnen sporen om zo de infectieziektebestrijding te optimaliseren. Als voorbeeld noemt zij het benoemen van risicogroepen in epidemiologische analyses en geografische analyses door gebruik te maken van beschikbare datasets.

“Het voordeel daarvan is bovendien dat je dan op wijkniveau gerichte interventies in kunt zetten of adviezen kunt geven. Zo zijn op basis van epidemiologische en geografische analyses risicogroepen voor hepatitis C infecties per postcodegebied in Zuid-Limburg in kaart gebracht. De risicogroep bestond uit mannen van middelbare leeftijd, niet-westerse migranten, gescheiden personen en mensen met een lage sociaaleconomische status. Volgens schattingen komt hepatitis C in sommige wijken bij 1 procent van de inwoners voor, terwijl dit landelijk op 0,2 procent ligt. De bewoners van middelbare leeftijd in deze wijken zijn vervolgens via hun eigen huisarts opgeroepen voor een gratis bloedtest.”

Het onderzoek van Jeanne Heil richtte zich ook op de infectieziekte kinkhoest.

“Door middel van een surveillance studie hebben we nu beter inzicht in het aanvraaggedrag van huisartsen, diagnostiek van de laboratoria en de meldingen aan de GGD. Dit heeft geleid tot duidelijke adviezen en aanbevelingen voor zowel praktijk als beleid met het doel infecties bij jonge zuigelingen te voorkomen.”

Bij de opzet en de uitvoering van het onderzoek werkte Jeanne Heil onder andere nauw samen met de afdeling Medische Microbiologie van het Maastricht UMC+ en de vakgroep Huisartsgeneeskunde van de universiteit. Beiden zijn belangrijke partners van de GGD in de infectieziektebestrijding.

Hier vindt u de samenvatting van haar proefschrift.